OUDORP – Aan het eind van het seizoen 2019-2020 kwam er een eind aan een periode van negen jaar waarin Marc de Wilde hoofdtrainer was van Kolping Boys. Een unieke prestatie in deze tijd. Vanwege de corona-lockdown werd het eerste seizoen in de eerste klasse helaas niet afgemaakt. Hierdoor kwam er tot op heden nooit een passend afscheid. Ruim een jaar later ontmoeten wij de voormalige oefenmeester alsnog in de fraaie kantine van Kolping Boys, samen met zijn grootste fans.


Hiermee bedoelen wij de ouders die de carrière van zoon Marc altijd op de voet hebben gevolgd, vanaf de jongste jeugd bij AFC ’34 tot aan het trainerschap bij Kolping Boys. De vader van Marc houdt al jarenlang plakboeken bij en die vormen deze middag de leidraaid voor het gesprek,

Marc, je bent niet alleen een jaar geleden gestopt bij Kolping Boys, maar hebt dit jaar ook Abraham gezien. Een mooi moment om eens terug te blikken op je loopbaan. Waar is die ooit begonnen? '

Bij AFC ’34 waar ik als kleine jongen aan de hand van mijn vader meeging om naar het eerst te kijken dat toen hoofdklasse speelde. Een andere club was geen optie. Ik ben daar opgegroeid, hoefde alleen maar onder het tunneltje door en was er. In de D1 (nu O13) raakte ik bij toeval op doel en dat beviel goed. Ik kreeg keeperstraining van Ruud Doodeman en Rob Boersma en vanaf toen ging het hard. Ik doorliep telkens de hoogste jeugdelftallen (C1, B1) , haalde het Noordhollands Elftal, de jeugdteams van Oranje en werd uiteindelijk uitgenodigd voor de voetbalschool van AZ onder leiding van Joop Brand.'

Vader De Wilde heeft mooie herinneringen aan de tijd bij AFC ’34. 'Toen Marc net op doel stond ging ik nog wel eens achter hem staan, maar ik had al snel door dat dit niet nodig was. Marc redde zich prima, en ik ben vanaf toen maar langs de zijlijn gaan staan.' Marc vervolgt: Ik kan mij ook nog herinneren dat die velden altijd nat en blubberig waren. Volgens mij zijn er in een paar jaar tijd wel een aantal wasmachines doorheen gegaan', hetgeen moeder De Wilde met een knik bevestigd. 'Het mooiste van mijn periode bij AFC ’34 is dat ik nu nog steeds omga met de jongens waar ik toen mee speelde. Verschillende zijm vrienden voor het leven geworden.'

'Bij de toenmalige AZ voetbalschool trainde we iedere woensdagmiddag en waren er regelmatig profs van het eerste aanwezig en kon het zomaar gebeuren dat er schoten op je doel werden afgevuurd door Kees Kist, voormalig Europees topscorer met een kiezelhard schot als handelsmerk. Als je talentvol bleek mocht je naar AZ en uiteindelijk ben ik samen met Philip Cocu gegaan die ook van AFC ’34 kwam en waarmee ik veel op trok. Bij AZ kwam ik eerst in de A1 terecht en later in het tweede. De trainingen onder van Louis van Gaal, die toen assistent trainer was zal ik nooit vergeten. Uiteindelijk mocht ik mijn debuut in het eerste maken in het seizoen 1987-1988 in het jaar dat AZ degradeerde. Al met al een prachtige tijd meegemaakt in een elftal met o.a. Michel Vonk, Roelof Jan Tiktak, Arnold Oosterveer, Nico Jalink, Hans Visser en David Loggie.'

Na vijf jaar AZ keerde je terug bij de amateurs?

Terug bij AFC ’34. Een kruisbandblessure die ik al op mijn 15e opliep heeft helaas altijd als een rode draad door mijn carrière gelopen. Uiteindelijk volgden er in mijn periode bij AFC ’34 nog een paar knieoperaties en ondertussen ronde ik de opleiding CIOS zorg- en hulpverlening + voetbal TC1 af. Daar is ook mijn loopbaan als trainer begonnen toen ik samen met Aloys Wijnker alle jeugdteams bij AFC ’34 ging trainen. Later werd ik ook nog trainer/speler van de zaterdagploeg van AFC ’34. Een vriendenploeg waarmee we tweemaal promoveerden en heb daarna nog drie jaar gekeept bij SVW ’27 tot het opnieuw mis ging met de knie.' De moeder van Marc haakt daarop in 'Daar heeft hij het moeilijk mee gehad en moest hij echt verwerken. De oude vorm was net terug, maar op dat moment wisten wij direct dat het klaar was.'

Wat rest zijn herinneringen aan een mooie voetbaltijd?

'Klopt en daarom ben ik ook zo blij met mijn ouders die er altijd waren. Je hoort vaak spelers zeggen dat ze het profvoetbal hadden kunnen halen. Ik heb het echt gehaald en ik kijk met trots terug op mooie jaren. Het laatste jaar zijn die plakboeken van mijn vader regelmatig open gegaan en dan zie je die krantenknipsels, foto’s en brieven van de KNVB wat toch wel indruk maakt.

Om tot de kern te komen, 9 jaar Kolping Boys, lopen we eerst nog even door je trainersloopbaan die even stokte na die blessure.

'Kijk, ik ben nooit een broodtrainer geweest. Ik heb altijd een uitstekende baan gehad en met drie jonge kinderen vonden mijn vrouw en ik het prettig om samen vaker thuis te zijn. Familie is het belangrijkste dat er is. We mogen hopen dat onze kinderen later net zo over ons denken als ik bij mijn ouders doe. Ik heb dus vier, vijf jaar niet getraind en dat beviel prima. Uiteindelijk ben ik benaderd door HSV en daar heb ik drie jaar met heel veel plezier in de tweede klasse gewerkt bij een hele fijne vereniging.'

En dan komen we uiteindelijk bij Kolping Boys?

'Toch was ik eerst weer een paar jaar gestopt. Die man hier naast mij (wijzend naar Sandor van der Waal), heeft mij wel een paar keer benaderd, maar heb uiteindelijk twee keer nee gezegd. Toen ik hier een keer kwam kijken bij mijn zoon en met Armand Reus aan de praat raakte werd ik toch enthousiast. Armand loopt ook als een rode draad door mijn voetballoopbaan want vroeger hebben wij heel wat keren tegenover elkaar gestaan. Armand was keeperstrainer van een grote groep en toen heb ik toegezegd om een paar keer te komen helpen en zo ben ik hier uiteindelijk bij de club beland.'

Om vervolgens hoofdtrainer te worden?

'Daar wil ik wel even op inhaken', aldus Sandor van der Waal, op dat moment belast met voetbaltechnische zaken binnen de club. 'Wij vonden als vereniging dat het verloop onder de trainers te groot was, en hebben een profielschets gemaakt voor iemand die zich voor langere tijd aan de club wilden verbinden, een bouwer en oog had voor onze jeugdafdeling. Marc stond bovenaan een lijstje, maar die had afgezegd. Net toen we met een andere trainer in zee wilden gaan kwam Marc daar op terug omdat zijn thuissituatie veranderd was.''En toen blufte ik gelijk dat ik het wel wilde doen maar dan voor tien jaar', aldus een lachende De Wilde. 'Dat was bluf, maar ik had wel de intentie om iets voor een langere termijn te doen en dat is volgens mij aardig gelukt.'

En zo begon je bij Kolping Boys in de derde klasse?

'Er was een lange weg te gaan, met als doel om na verloop van jaren een structurele tweedeklasser te worden. Hiervoor hebben we als het ware met het bestuur en de technische commissie een pact gesloten om daar naar toe te werken. Wie niet mee wilde die viel af. Dat klinkt hard, maar het is vooral duidelijkheid scheppen en je pad blijven volgen. Toen ik hier kwam liepen er een hoop vreemdelingen rond. Spelers van buitenaf die geen binding hadden met Kolping Boys. Aan de andere kant gingen er spelers weg omdat ze dachten elders beter af te zijn. Prima, dan geef ik ze een hand en wens ze succes. Ik wilde bij Kolping Boys aan de gang met eigen spelers die graag in het eerste wilden spelen en ergens naar toe willen werken. Gelukkig waren die er met o.a. spelers als Patrick de Vries en Thijs van der Oord, maar ik heb ook een O23-team opgestart waarin ik de spelers van O19 en O17 liet meedoen. In de jaren daarvoor stopten veel spelers juist tussen de jeugd en de selectie. Met het O23- team zorgde je voor binding, leerden spelers elkaar kennen en kregen ze vooruitzicht. Zo zijn we gaan bouwen en na drie jaar kregen we er pas echt grip op en werden de contouren van een Kolping Boys met louter eigen spelers duidelijk zichtbaar.'

Ondertussen worden de plakboeken doorgebladerd en vliegen de quotes en herinneringen van de eerste jaren over tafel. Na het vierde jaar volgde zelfs promotie naar de tweede klasse en de krantenknipsels van de nacompetitiewedstrijden tegen Kleine Sluis en Vitesse ’22 worden er bij gepakt. De Wilde: 'Het ging eigenlijk gelijk goed in de tweede klasse. We deden niet onder voor ploegen die al jaren in de tweede klasse zaten. In die jaren zijn we elk seizoen in de top vijf geëindigd en was de doelstelling om een structurele tweedeklasser te worden eigenlijk direct bereikt.'

En na weer vier jaar wordt zelfs de eerste klasse bereikt na beslissingswedstrijden tegen Assendelft?

'De kers op de taart, maar vergeet niet dat het proces van de derde naar de eerste klasse acht jaar heeft geduurd waarin we heel veel stappen hebben moeten doorlopen met her en der wat beren op de weg. De stap naar de eerste klasse was er uiteindelijk wel één van de hele vereniging. Niet alleen van de technische staf en de ploeg, maar net zo goed van het bestuur en de jeugdopleiding. Hier hebben we met zijn allen naar toegewerkt en de ontlading was dan ook groot. Daarom is het ook zo jammer dat het eerste jaar in de 1e klasse niet is afgemaakt door corona. Zeker omdat ik al had aangegeven dat het mijn laatste jaar zou zijn.'

Een sober afscheid volgde alsnog dit jaar. Eerst met een borreltje met wat spelers en nu op deze manier bij de club. Telkens zorgen de plakboeken van vader de Wilde voor mooie herinneringen. 'Elke maandagochtend zat ik alweer klaar om het uit de krant te knippen en in het boek te plakken. Ook programmaboekjes van thuis- en uitwedstrijden nam ik mee om te bewaren. Het archief is inmiddels flink uitgebreid en de boeken die nu op tafel liggen gaan alleen maar over de Kolping-jaren, maar is nog veel groter.'

Marc kijkt er met trots naar: 'Het lijkt zo vanzelfsprekend, maar eigenlijk is het uniek. Vanaf de dag dat ik tegen een bal aanschopte zijn mijn ouders er altijd bij geweest en hebben mij altijd gesteund. Zij zijn mijn allergrootste supporters en geloof me, ik ben dankbaar en net zo een grote fan van hun voor alles wat ze betekend hebben.' Daarnaast heb ik natuurlijk enorm veel te danken aan mijn vrouw Angela. Als trainer ben je veel op de club en sta je 24/7 aan. Het vraagt veel van haar als je naast je werk ook nog eens 15 tot 20 uur per week op de club bent. Ambities om terug te keren in het trainersvak heeft De Wilde nu niet. 'Ik heb een goede baan, we zijn net weer een nieuw bedrijf gestart, en wil gewoon ook veel tijd tijd met Angela, familie en vrienden doorbrengen. Mijn vader is nu ziek en ik geniet er echt van om straks eens samen met hem naar een wedstrijd te kunnen kijken van zijn kleinzoon en kleindochter. Vergeet niet dat ik na negen jaar ook gewoon een Kolping-man ben geworden. De kinderen voetballen hier, we wonen om de hoek dus kom je hier graag.' Een terugkeer bij Kolping Boys in wat voor rol dan ook, sluit De Wilde niet uit: 'Je weet nooit wat de toekomst brengt, maar dat zal nooit meer zo intensief worden en voorlopig is het nog niet aan de orde want ik heb nog genoeg te doen.


Dit artikel werd eerder gepubliceerd in onze krant Update welke vier keer per jaar wordt bezorgd in het HAL-gebied (Heerhugowaard, Alkmaar, Langedijk)

Kijk
hier voor de digitale versie van de Update.